Het is al schemerig als ik vertrek van de grote tent waarin
zojuist een informatiebijeenkomst is geweest over de mogelijke komst van een
noodopvang voor vluchtelingen. In het relatief kleine dorpje Vijfhuizen komt
mogelijk een noodopvang voor 400
vluchtelingen voor zes maanden, met een mogelijke verlenging van nog eens zes
maanden.
Ik fiets de Geniedijk op, een stukje cultureel erfgoed, dat
zelfs op de Unescowerelderfgoedlijst staat. Het is er prachtig.
Bij Fort Vijfhuizen zie ik de zon ondergaan, het licht van de ondergaande zon valt nog net op een kunstwerk op dat hier staat ter gelegenheid van de tentoonstelling Gimme Shelter. Een tentoonstelling die op speelse wijze het thema oorlog uitlicht. Hoe actueel is het thema oorlog op dit moment.
Ik stop om wat foto’s te maken. Ondertussen ben ik nog in
gedachten bij de gesprekken van die middag, zowel in het officiele gedeelte als
ook de gesprekken die ik voerde met een aantal inwoners en andere betrokkenen. En ik denk aan wat hoorde en las in de
afgelopen weken in kranten, op social media, en op TV en radio. Ik denk aan de
gesprekken die voerde met inwoners en met familie en vrienden. En ik denk na
over wat ik daarvan vind en wat ik voel.
Laat ik het maar eens opschrijven: ik voel me verdrietig.
Verdrietig, omdat er elders op de wereld zo’n akelige oorlog
aan de gang is. Dat mensen zich zo onveilig voelen dat zij op gammele bootjes
stappen en naar Europa komen. Dat doe je niet zomaar, ik kan en wil liever niet eens
bedenken hoe erg het daar moet zijn.
Verdrietig ook, omdat in al die gesprekken en al die
berichten maar één perspectief centraal lijkt te staan: dat van ons, als
gastheren en gastvrouwen van deze groep oorlogsvluchtelingen.
Het is niet dat ik het niet begrijp. Ik ben ook moeder en
kan invoelen dat je je afvraagt hoe het zit met de route van huis naar de
sportclub, als die langs een opvang voor vluchtelingen loopt. Ik zou
waarschijnlijk ook de eerste keer even meefietsen.
Maar moeten we het in dit stadium echt hebben over het
opleidingsniveau van deze mensen en hoe goed dat is voor onze economie? Of in
het negatieve: dat het hebben van een trauma (niet ondenkbaar als je zulke vreselijke
ervaringen hebt gehad) slechts één stap is verwijderd van het verkrachten van
vrouwen en meisjes?
Dat we spreken over ‘onze’ veiligheid en dat die veiligheid bedreigd
zou worden door mensen die zich net het vege lijf hebben gered? Waarvan de
kinderen niet eens veilig waren in hun eigen bed?
Waar blijft eigenlijk het perspectief van de vluchtelingen
zelf? Wat hebben zij nodig van ons? Hoe kunnen we ze helpen?
Het is niet dat daar niet over wordt nagedacht. Sterker nog,
ik denk dat heel veel mensen er mee bezig zijn. Er zijn velen die zich hebben
opgegeven als vrijwilliger. Ik sprak er zaterdag een aantal. Bij de
crisisopvang in hetzelfde dorp kwam binnen een halve dag een hulpactie op gang
waar ik diep van onder de indruk ben. Dat
geluid horen we niet, maar het is er wel. En we moeten dat versterken, wat mij
betreft.
Mijn buurvrouw in de zaal zaterdag zei eenvoudig: ‘Mevrouw,
natuurlijk moeten we deze mensen helpen. Ik ben ook moeder en oma…’
En daarmee gaf ze de hele bijeenkomst het perspectief dat
het wat mij betreft moet hebben: die van medemenselijkheid.
Mevrouw, ik ben uw naam vergeten. Maar niet wat u zei.
Met dit blog geef ik u het podium dat u verdient.
Birdy: Shelter
Find shelter in this way
Under cover, hide away
Can you hear when I say
I have never felt this way
(...)Find shelter in this way
Under cover, hide away
Can you hear when I say
I have never felt this way
And I'll cross oceans like never before
So you can feel the way I feel it too
And I'll send images back at you
So you can see the way I feel it too
Zie ook: http://www.nietmijnland.com/
And I'll send images back at you
So you can see the way I feel it too
Zie ook: http://www.nietmijnland.com/